Acteur, presentator en choreograaf Juvat Westendorp is inmiddels al vijf jaar ambassadeur van Het Vergeten Kind. Het liefste gaat hij in gesprek met de kinderen waar we ons voor inzetten; hij maakt ze aan het lachen, luistert oprecht en zet ze in hun kracht. Maar Juvat is ook een ambassadeur met ambitie: “Ik hoop dat we met Het Vergeten Kind zoveel weten te bereiken dat we eigenlijk niet meer nodig zijn.”
Waarom ben je ambassadeur geworden?
“Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik iets voor kinderen kon betekenen. Daarom ben ik ook een dansschool begonnen. Tegen de kids op mijn school zeg ik altijd: ‘Geloof in jezelf, jongens.’ Maar niet elk kind kán in zichzelf geloven. De kwetsbare kinderen waar Het Vergeten Kind zich voor inzet, staan soms wel 10-0 achter door wat ze hebben meegemaakt. Als je in een opvang woont, krijg je niet dezelfde kansen als wanneer je in een warm gezin opgroeit. Als je thuissituatie onveilig is, heb je wel andere dingen aan je kop dan je talent te laten groeien. Maar ook die kinderen verdienen het om in zichzelf te geloven, om zich te ontplooien en uiteindelijk te genieten van wat het leven te bieden heeft. Daarom ben ik ambassadeur geworden; om een lach op hun gezichten te toveren en ze in hun kracht te zetten.”
Wat maakt Het Vergeten Kind bijzonder?
“Ik vind Het Vergeten Kind een bijzondere stichting, omdat we ons via twee routes inzetten voor de ‘vergeten’ kinderen. Enerzijds organiseren we elk jaar superveel dingen waardoor de kids even hun zorgen vergeten, denk aan een dagje weg met de Zomertour of aan een Heppie Vakantie. Ik ga trouwens graag mee naar een pretpark! ‘Waar willen jullie heen?’ roep ik dan. Als ze in de wildwaterbaan willen, ren ik met ze mee. Als ze tikkertje willen spelen, doe ik dat. Alles om ze even uit hun zorgelijke realiteit te halen en ze een ongedwongen, gezellige dag te bezorgen. Aan de andere kant proberen we de positie van kwetsbare kinderen in ons land structureel te verbeteren. Elk jaar voeren we campagne op een belangrijk thema, zoals ‘Stop het doorverhuizen in de jeugdzorg’. We maken dan zoveel mogelijk herrie, zodat de media en de politiek niet om ons heen kunnen. Wat dat betreft zijn we een beetje een rebelse stichting, maar dat is alleen maar goed: wil je echt wat veranderen, dan moet je de straat op en het kabinet in.”
Je bent heel vaak aanwezig op de trainingsweekenden van The Unforgettables, de jongerenraad van Het Vergeten Kind. Waarom vind je dat zo belangrijk?
“Juist omdat we het jeugdzorgsysteem écht willen veranderen, moeten we de kinderen en jongeren aan het woord laten die zelf ervaren wat er misgaat. Dat zijn The Unforgettables: 31 jonge, stoere ervaringsdeskundigen die hun verhaal durven delen. Het mooie vind ik dat de raad zo’n gemêleerd gezelschap is. Zo zie je maar dat dit soort problemen overal voorkomen, in elke cultuur en sociale laag. Ondanks alle verschillen zijn de jongeren er echt voor elkaar: op zo’n trainingsweekend zie je zoveel liefde, steun en respect naar elkaar toe. Ik ben alleen maar blij dat ik daarbij mag zijn en mijn steentje kan bijdragen. Ik vind het belangrijk dat ze weten dat ik er echt voor ze ben. Niet een keertje, nee gedurende het hele driejarige Unforgettable-programma ben ik er voor ze. We chillen, kletsen, ik geef een knuffel als het nodig is. Dat is ook waar ik zelf gelukkig van word: ik zie wat een stom grapje uithaalt of wat een luisterend oor teweeg kan brengen. Ze groeien ervan.”
Welk verhaal dat je de afgelopen jaren hoorde, maakte indruk op je?
“In de zomer van 2019 waren we met de Zomertour in de Efteling, en daar sprak ik met een moeder en haar twee zoons. In het gezin waren er problemen, met name op financieel gebied. De moeder kreeg tranen in haar ogen toen ze vertelde hoe trots ze was op haar oudste zoon. Hij was 14 jaar, had net een bijbaantje en van het kleine beetje wat hij verdiende, spaarde hij. Maar hij spaarde niet voor een nieuwe fiets of een scooter voor als hij 16 zou worden. Nee, hij gebruikte zijn spaargeld om voor het hele gezin ijsjes te kopen. Als de ijscoman door de straat reed, rende hij naar beneden en kocht hij de ijsjes die mama zich niet kon veroorloven. Dat is natuurlijk heel mooi, maar voor de moeder ook heel erg verdrietig. Het maakte me enorm dankbaar dat we hen met de stichting een mooie dag in de Efteling konden bezorgen.”
Wat hoop je nog te bereiken met Het Vergeten Kind?
“Ik hoop dat we met Het Vergeten Kind kunnen zorgen voor grote en structurele veranderingen in de jeugdhulpverlening. Dat we het systeem zo kunnen inrichten dat kinderen eerder worden gehoord, dat ze minder hoeven te verhuizen en dat ze vaste hulpverleners hebben. En natuurlijk hoop ik stiekem dat het ooit zover komt dat we onszelf overbodig hebben gemaakt; dat elk kind een fijne en warme thuishaven heeft en we niet meer nodig zijn.”